Woningen
In 1949 werd het Eames House gebouwd door en voor de Amerikaanse architect Charles Eames. In de woning warden enkele principes toegepast die nu worden aanbevolen als middel om materiaal te besparen. Bij het ontwerp was een van de uitgangspunten dat de woning werd samengesteld uit standaardbouwdelen uit catalogi van de toeleverende industrie. De Onderdelen van de woning zijn licht van gewicht en in de fabriek gefabriceerd. De gekozen montagetechniek staat toe dat de woning kan worden gedemonteerd end at de vrijkomende bouwdelen vervolgens voor andere gebouwen zijn te gebruiken.
Door de onverholen toepassing van industriele bouwproducten ziet het Easmes House er anders uit dat standaardwoningbouw. De zogeheten A+-woningen bijvoorbeeld die in 2001 zijn opgeleverd hebben weliswaar een gangbaar bakstenen uiterlijk, maar onderscheiden zich door de toegepaste bouwmethode: staalskeletbouw. De economische wijze waarop in de A+-woningen het leidingwerk in de constructive is opgenomen, maakt het mogelijk om het leidingwerk van de drager te scheiden. De woning is hierdoor vrij indeelbaar en kan de ontwikkelingen in de domotica volgen. De constructive bestaat uit een stalen raamwerk ter plaatse van de woningscheiding, infra+-vloeren en prefab gevelelementen. Deze gevelelementen zijn in de fabriek van metselwerk voorzien. De woning wordt droog afgebouwd.
Bij de beoordeling van het dubo-gehalte van de A+-woning blijkt de woning te scoren op aspecten zoals ‘langere gebruiksdur’, ‘recyclebare/herbuikbare constructies’ en ‘grondstofzuinige gebrouwen’. De warmte-isolatie van de woning is vergelijkbaar met die van de traditionele vormen van woningbouw.
Copyright: Bouwkundige keuring Arnhem